Kind dat bang is voor onweer kijkt samen met moeder uit het raam

Het dondert, regent en bliksemt. Klampt je kind zich aan jou vast als het buiten tekeer gaat? Voor je peuter kan onweer erg beangstigend zijn. Zelfs zo erg dat hij ’s nachts niet alleen durft te zijn. Wat kan je doen als je kindje bang is voor onweer?

Bang voor onweer

Onweer is een normaal natuurverschijnsel. In Nederland onweert het gemiddeld genomen 25 dagen per jaar. Dat je kindje bang is voor onweer, is niet zo gek. De klappen van de donder klinken hard en de regen slaat luider tegen de ramen dan gewoonlijk. Aan die geluiden is je kind niet gewend. Hij weet nog niet goed wat het betekent en dat maakt het eng.

Daarnaast is het mogelijk dat je kindje gaat piekeren. Fantasie en werkelijkheid lopen op zijn leeftijd nog door elkaar. Hij heeft een magische manier van denken en daardoor kan hij de gekste dingen verzinnen. Hij denkt bijvoorbeeld dat de donder en de bliksem naar binnen komen. Of hij is bang dat de regen naar binnenstroomt hij voortaan in een boot zal moeten wonen.

Door uit te leggen wat dit natuurverschijnsel inhoudt, kan je kindje het beter begrijpen. De angst neemt dan vaak af.

Tips om ermee om te gaan

Als je peuter bang is voor onweer, kan je het beste rustig blijven. Reageer je zelf ook angstig, dan bevestig je zijn angst en neemt je kindje jouw gedrag over. Daarnaast kan je de volgende tips in gedachten houden:

  • Neem de angst van je kindje serieus. Je peuter moet het vertrouwen krijgen dat wat hij voelt, niet gek is. Zinnen als ‘Het valt wel mee’ of ‘Zo erg is het toch niet?’ kan je beter vermijden. Daarmee geef je aan dat je kind niet naar zijn intuïtie moet luisteren, terwijl het juist belangrijk is om te leren dat hij zijn intuïtie serieus moet nemen bij gevaar.
  • Maak het bespreekbaar. Vraag wat je kindje eng vindt aan het onweer en hoe dat komt. Geef aan dat je hem begrijpt, maar dat jullie binnen gelukkig veilig zijn. De dag erna kan je er weer even op terugkomen. Benadruk dat je kindje dapper is geweest en vraag hoe hij zich nu voelt.
  • Geef zelf het goede voorbeeld. Laat zien dat je kalm met de situatie omgaat. Blijf binnen en sluit op een rustige manier de ramen en de deuren. Ben je zelf ook bang voor onweer? Dan kan het helpen om je partner de situatie even over te laten nemen.
  • Maak er een spelletje van. Kijk samen naar buiten en tel na elke bliksemschicht hoe lang het duurt voordat je de donder hoort. Je kan ook muziekinstrumenten erbij pakken(pannen en pollepels werken ook) en zoveel lawaai maken dat je het geluid van de donder overstemt. Of denk samen aan iets leuks. Zo leert je kleine dat hij zijn gedachten kan verzetten wanneer hij bang is.
  • Troost je kindje als dat nodig is. Knuffel je kind als hij erg overstuur is. Wordt hij ’s nachts wakker, neem hem dan even bij je of blijf bij hem zitten tot hij slaapt. Je kan hem beter niet bij jou in bed nemen als je dat normaal ook niet doet. Dan bevestig je zijn angst en raakt hij daar misschien aan gewend.
  • Leer je kind wat onweer is. Vertel hoe onweer ontstaat en waarom onweer goed is (‘Het zorgt voor regen en dan krijgen de plantjes genoeg water’). Leg uit dat de bliksem niet zomaar inslaat en dat de klappen van de donder geen kwaad kunnen. Je kan ook samen onweerplaatjes op internet zoeken of een boekje over onweer uit de bibliotheek lenen waaruit je kan voorlezen.
  • Zorg voor afleiding. Wordt je kindje niet rustig, probeer hem dan af te leiden. Luister bijvoorbeeld samen naar een muziekje of zet een luisterboek aan.
  • Herhaal de boodschap. Het is goed mogelijk dat je kindje de volgende keer weer bang is voor het onweer. Herhaal dan wat je eerder hebt gedaan. Je kleine heeft tijd nodig om informatie en emoties te verwerken. Op een gegeven moment went hij er steeds meer aan en zal zijn angst voor onweer verdwijnen.

Wat moet je weten over onweer en veiligheid?

Hoe beter jij weet wat je moet doen als het onweert, hoe beter je dat aan je kindje kan uitleggen. Lees je dus in over deze weersituatie en zorg dat je op de hoogte bent van de veiligheidsmaatregelen.

Ben je buiten als het onweer losbarst? Dan kan je het beste zo snel mogelijk een schuilplaats opzoeken. In een afgesloten ruimte ben je het veiligst (een bushokje biedt niet dezelfde bescherming). Binnen kan je het beste uit de buurt blijven van koperen leidingen en elektrische kabels. Als je echt safe wilt zitten, kan je de stekkers uit de stopcontacten halen en even geen stromend water te gebruiken. Dit geleidt namelijk de bliksem, wanneer deze inslaat.

Wat als de angst voor onweer aanhoudt?

Blijft je kindje bang voor onweer, ook als het niet onweert? Heeft zijn angst invloed op zijn dagelijkse leven en maak je je zorgen? Neem dan contact op met de huisarts of met de jeugdgezondheidszorg. Zij kunnen er samen met jou achter komen wat er aan de hand is en hoe ze hem van de angst af kunnen helpen.