Blog
Close up van man en vrouw die handen vasthouden

Sarah had er nooit bij stilgestaan dat zwanger worden weleens lastig kon zijn. Toch gaat het bij haar niet zoals ze had gehoopt. Sarah heeft namelijk PCOS. Vorige keer startte ze met een Clomid-kuur. Hoe gaat het nu met de behandeling? Je leest het hier.

Sinds we vol goede moed begonnen aan de hormoonbehandelingen, zijn we zo’n half jaar verder. Een half jaar waarin de doses 50 milligram, 100 milligram en 150 milligram niet het gehoopte resultaat opleverden.

Rustig aan, maar mét foliumzuur

Tijdens de ronde van 100 milligram ben ik gestopt met ovulatietesten doen. Elke negatieve test is toch weer even een domper. En ze zeggen dat hoe minder je er zelf mee bezig bent, hoe groter de kans dat het lukt. Natuurlijk is dat makkelijker gezegd dan gedaan, zeker als je nog elke avond braaf een foliumzuurpilletje in je mik duwt.

En toch: zo hebben G. en ik elkaar uiteindelijk ook ontmoet (precies toen we allebei even klaar waren met het andere geslacht), dus misschien werd het inderdaad tijd het zwangerschapsproces wat meer op zijn beloop te laten.

Het verlossende telefoontje en een borrel

Vlak voor onze vakantie naar Praag liet ik voor de derde keer bloed prikken om mijn progesteronwaarde te bepalen. Intussen was ik al gestopt met alcohol drinken – je wil er toch alles aan doen om dit pittige traject sneller tot een succes te brengen. Overigens geen rocket science met een gemiddelde alcoholconsumptie van een glas per week. Ik ga net zo hard op een ice tea.

Eenmaal in Praag aangekomen kwam daar het verlossende telefoontje van onze gynaecoloog. Opnieuw geen succes. Tot zover de Clomid, dus. De volgende stap zou ons na terugkomst worden uitgelegd bij de polikliniek Fertiliteit. Tijd voor ontspanning. Vooruit: onder het genot van een borrel. We hebben het verdiend!

Verder gezond

Hoewel mijn emoties begin dit jaar alle kanten op gingen, merk ik nu vooral dat ik nieuwsgierig ben naar de stappen en ontwikkelingen in dit traject. Het intrigeert me. Wie maakt dit nou mee?

Tuurlijk, als je er eenmaal voor gaat, wil je zo snel mogelijk als een Michelin-vrouwtje over straat waggelen. Maar aan de andere kant hebben G. en ik net onze dertigste verjaardag achter de rug, en voor ons gevoel nog alle tijd. Bovendien blijken er bevruchtingstechnisch nog genoeg wegen naar Rome te leiden.

Dat blijkt ook tijdens ons gesprek met gynaecoloog 2, een vrouwelijke deze keer. De dokter herhaalt nog eens rustig de situatie down under. Ook pakt ze onze onderzoeksresultaten er nog maar eens bij. G. heeft superzaad (zijn woorden), en ik ben verder ook helemaal gezond, los van de eicellen die niet willen rijpen. Toch weer een opluchting!

Opties

Tijd voor de volgende stap. Ik kan kiezen tussen een kijkoperatie of hormoonspuiten. De operatie, ook wel Laparoscopische Elektrocoagulatie van de Ovaria (LEO) genoemd, gebeurt onder volledige narcose. Daarbij worden er kleine gaatjes in de grootste eierstok gebrand, waardoor de aanmaak van hormonen kan veranderen. Dat kan uiteindelijk leiden tot spontane eisprongen, maar ook is er een (klein) risico op het oplopen van darminfecties. G. en ik voelen hier allebei weinig voor.

Optie 2 is hormooninjecties. Die werken ongeveer hetzelfde als het slikken van Clomid. Eerst moet er weer een menstruatie op gang worden gebracht, en op dag 5 daarvan kan ik beginnen met het één keer per dag in mijn buik spuiten van het FSH-hormoon (75 milligram per keer). Om de paar dagen wordt er dan een echo gemaakt om te kijken of de eiblaasjes al goed rijpen. Zo ja, dan volgt er nog een spuit met het hCG-hormoon (een hormoonpreparaat) om uiteindelijk een eisprong te krijgen.

Dit traject is doorlopend, tot er hopelijk een eisprong plaatsvindt. Als het geen succes lijkt te hebben, kan altijd nog gekozen worden voor een LEO-kijkoperatie of een alternatief. Ik blijf onder de indruk van wat ‘ze’ tegenwoordig allemaal kunnen op fertiliteitsgebied. Benieuwd wat de toekomst voor ons in petto heeft!

Duimen jullie weer mee? 🙂