Blog
De Kraamtijd is geen roze wolk

Ik zag gek genoeg niet eens zo op tegen de bevalling. Het zou vast heel rot zijn en ik stelde me in op heel veel pijn, maar verder keek ik er stiekem best naar uit. Het is maar goed dat ik van tevoren niet wist hoé naar het zou worden.

Na 15 uur weeën had ik nog geen 3 centimeter ontsluiting. Ik zag af van mijn mindfull – heel zen, alleen met mijn man en de verloskundige in een donkere kamer – bevalplan en werd medisch. Na 2.5 uur wachten op een ruggenprik en terwijl ik al voorovergebogen klaar zat op het bed onder de tl-verlichting, zei de anesthesist doodleuk: “Je hebt flinke last van je rug? Nee, dan kan ik hem echt niet zetten!”

Er ontstond een ellenlange discussie en tussen mijn weeën door, probeerden mijn man en ik de boel enigszins te redden. Hallo paniekaanval! Waar was het gat in de grond waar ik al uren in wilde verdwijnen?

Na een morfinepomp en weeënopwekkers midden in de nacht, wisselde tegen de ochtend het medisch team. Opeens kreeg ik 6 uur later toch de ruggenprik! En als je dan denkt: nu kan er dan echt niks meer fout gaan, gebeurt dat natuurlijk alsnog…

De prik werd verkeerd gezet. Alleen mijn voeten en benen waren verlamd, maar elke wee voelde ik nog steeds. Uiteindelijk ontstond er na 25 uur spontane paniek omdat de hartslag van ons meisje bleef dalen en werd ze, terwijl er inmiddels 10 mensen rondom mijn bed stonden, gehaald met een pomp.

Niet roze maar zwart

Het moment waarop ze geboren zou worden en op mijn borst zou liggen. Dát zou het mooiste moment zijn in mijn leven. Maandenlang fantaseerde ik erover met tranen in mijn ogen. En toen was het zover. Heel wat minder mooi en romantisch dan ik had gedacht. Wat een tegenvaller. Ik heb het overleefd, is wat ik voelde.

Eenmaal thuis kon ik fysiek helemaal niks. Niet zitten, niet te lang staan en amper lopen. En als ik liep, deed ik dat met krukken. Toen mijn dochter 8 dagen oud was, verschoonde ik voor het eerst haar luier. Ik wilde bijkomen van deze traumatische gebeurtenis en daarna pas voor haar zorgen. In plaats daarvan kwamen de slapeloze nachten, het borstvoeden, de kraamtranen en het bezoek.

“Geniet lekker van jullie roze wolk”. Het stond in WhatsApp’jes, sms’jes, op social media en op alle kaartjes. Die zin werd aan de lopende band naar mijn labiele hoofd geslingerd. Ik werd er gek van.

Weg met de mythe

Heel bewust koos ik ervoor om er niet aan mee te doen. Ik antwoordde dat die roze wolk niet zo roze was als ik had gehoopt. Uiteraard deelde ik niet in geuren en kleuren mijn uitgebreide bevallingsverslag met iedereen, maar ik koos er wel voor om niet de schone schijn op te houden.

Opvallend genoeg kreeg ik vanuit mijn eerlijkheid ook eerlijke reacties terug. Niet iedereen had een bevalling van 25 uur gehad, maar op andere fronten kwam veel erkenning. Goh, bleek opeens bijna niemand echt op een roze wolk te hebben gezeten! Wat een openbaring.

Zolang niemand er eerlijk over is, blijft de mythe helaas bestaan. Wat zou het helpen als wij moeders elkaar wat anders zouden benaderen in de kraamtijd. Natuurlijk stuur je niet alleen maar ‘sterkte!’ als je nog geen idee hebt hoe de bevalling is gegaan, of hoe het met de kersverse ouders gaat. Maar open vragen, zoals “Hoe voel je je?”, zijn zó fijn. Dan is er in ieder geval ruimte voor een eerlijk antwoord.

Bij mij duurde het zeker 10 weken voordat ik zowel fysiek als mentaal weer een beetje de oude was. Ik wandelde met mijn dochtertje in de kinderwagen door de stad, de zon scheen en ik had voor het eerst zin om spontaan mijn beste vriendin te bellen. Ze nam op en ik zei: “Ik ben er weer”. De zwarte wolk had niet plaats gemaakt voor een roze, maar wel voor lucht en ademruimte. Daardoor kon ik eindelijk wat meer gaan genieten van Lavinia. Mijn wolk van een dochter.